#81: Anne

Het is dinsdagmorgen. De zon schijnt en werpt een merkwaardige gloed over de weg. Ik reed hier al zoveel vaker. De route ligt bezaaid met beelden die ik herhaaldelijk zag. Het huis op de hoek waar ik vaak een mevrouw in haar badjas haar man zag uitzwaaien, de zebrapaden waar klaar-overs hielpen om de kinderen over te laten steken en het stukje langs Paleis Soestdijk waar nooit bereik is en menig telefoongesprek werd afgebroken. Vandaag is het stil, de herfstvakantie doet de straten zwijgen.

Ik kijk naar de bomenrijen waar ik altijd zo graag tussendoor rijd.
Al minstens 40 seizoenen heb ik zien passeren. Ieder jaargetijde heeft hier zijn eigen charme, maar het mooist vind ik toch de herfst. De bladeren zijn gehuld in prachtige kleuren, van okergeel tot bordeauxrood. Toch ligt er vandaag een grijze deken over, al schijnt de zon. De bloemen op de plek waar ze haar laatste selfie maakte, bewegen zachtjes in de wind.

Gisteren was ze op haar fiets naar haar vriendinnetje gefietst en ondanks onze veilige dorpse omgeving, reed ik enige minuten later met de auto achter haar aan. Van een afstandje hield ik haar in de gaten en zag ik haar lange haar wapperen in de wind. Haar hoofd bewoog vrolijk heen en weer en het zou mij niks verbazen als ze hardop een liedje zong. Onbezorgd fietste ze een leuke dag met haar vriendinnetje tegemoet.
Later die dag, een zomeravond in oktober, zaten we met vrienden om de buitenhaard. De kinderen speelden, we aten soep en we gooiden de opgehakte bladeren in het vuur. We dronken wijn en de avond viel snel. Toen het eenmaal donker was, gaven onze dochters het zoveelste dansoptreden. Na het slotapplaus kondigde ik ons vertrek aan.
“Ik kan wel terug fietsen hoor, dat durf ik wel,” zei ze.
Ik weet het lieverd. Ik weet dat jij het durft, maar ik niet meer. 

Het is dinsdagavond. Ik rijd over dezelfde N415 naar huis. Hier fietste zij ook en ik vraag me af of ze genoot van de herfstkleuren die ondanks de regen van die avond toch opgevallen moeten zijn. Wanneer ik stil sta bij het kruispunt zie ik dat er ook een briefje hangt aan het stoplicht bij het geïmproviseerde gedenkplekje dat voor haar is gemaakt. Ik kan de tekst vanuit mijn auto niet lezen, maar het moeten woorden van ongeloof, wanhoop en verdriet zijn.
Ik ben het ook: verdrietig. Verdrietig dat mijn dochter niet naar huis kan fietsen op een vroege maandagavond, dat het touwtje niet meer door de brievenbus kan en dat de okergele kleuren van de N415 niet naar behoren kunnen schitteren. 

Eenmaal in Soest valt mijn oog op een aankondiging van iets van Herman van Veen. Een volwassen kind die graag leeft in zijn eigen prachtige spookjeswereld, zich soms verstopt voor de grote boze wereld. Een woordkunstenaar, een schrijver en een muzikant.
Herman, van de prachtige liedjes waarvan er eentje onderweg door mijn hoofd blijft zingen: ‘Anne’.

‘Anne, de wereld is niet mooi’.

#81 Anne herfst herfstvakantie
#81_Anne

5 Reacties

  1. Kippenvel Tamara!! Wow!!
    Helaas maar waar. Mooi verwoord in wat voor zieke wereld we leven! Ik dacht van de week hetzelfde… Waar is de tijd gebleven dat we een touwtje door de brievenbus konden hangen! 😢😢

Laat een reactie achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

%d bloggers liken dit: